Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En gij zult ze offeren voor het aangezicht des HEEREN; en de priesteren zullen [53]zout daarop werpen, en zullen ze offeren [ten] brandoffer den HEERE. 53. Vergelijk Lev.2:13; Num.18:19; 2 Kron.13:5; voorts Matth.5:13; Mark.9:49,40; Kol.4:6.